Hoewel verschillende verbouwingen het complex behoorlijk hebben verstoord is de oorspronkelijke opzet nog deels herkenbaar. Dit betrof een opzet als twee panden met twee bouwlagen en een opzet met een voorhuis en achterhuis. Daarbij was bij het linker pand het achterhuis middels een tussenlid met het voorhuis verbonden, terwijl bij het rechter pand het voorhuis en achterhuis direct op elkaar aansloten.
Aanzienlijke delen van de rechter zijgevel en het hierop aansluitende deel van de achtergevel en mogelijk delen van binnenmuren behoren nog tot deze vroegste, vermoedelijk zestiende-eeuwse opzet. Ook de herplaatste spanten van de kapconstructie boven het voorste deel van het vroegere linker pand behoren tot deze vroegste opzet.
In 1806 kwam het pand in bezit van ‘Het fonds van Schipluiden “de Schoolarchie” en vermoedelijk kwam toen de huidige voorgevel in Empirestijl tot stand. Behalve deels vernieuwde ramen bleef deze gevel vrij goed bewaard. Ook de achtergevel van het linker pand en de balklaag boven de verdieping werden in deze periode (deels) vernieuwd, waarbij de kappen een gezamenlijk voordakvlak kregen.
Een groot deel van de negentiende eeuw was in het pand een door admiraal Van Kinsbergen opgerichte kostschool voor meisjes gehuisvest. In 1909 werd het noordelijke pand aan het complex toegevoegd en werd een avond-ambachtsschool in het pand gevestigd. Hoewel hiervoor ongetwijfeld de nodige veranderingen plaats moeten hebben gevonden, zijn alleen twee penanten met geprofileerd pleisterwerk op de begane grond van het linker deel van het hoofdvolume met enige zekerheid aan deze periode te koppelen. Ook zal een deel van de hoofdopzet en constructie van de linker achterhoek van het hoofdvolume in deze periode tot stand zijn gekomen, aangezien de eerder aanwezige binnenplaats toen kwam te vervallen.
Het huidige interieurbeeld en de constructies boven de begane grond van het hoofdvolume kwamen tot stand bij een ingrijpende verbouwing vanaf 1946 t.b.v. de in dat jaar opgerichte voltijds Ambachtsschool. Boven de begane grond werden betonvloeren aangebracht om de zware machines voor metaal- en houtbewerking te kunnen plaatsen. Aan de achterzijde van het pand werden de kappen vervangen door een extra (tweede) verdieping met platdak. In het naastgelegen pand werd een nieuw trappenhuis aangelegd.
Met een grote verbouwing in 2000 werd de eerdere verhoging weer verwijderd en werden eerdere kapvormen (optisch) hersteld. De verdiepingen werden grotendeels nieuw ingedeeld met diverse appartementen. Behalve delen van de oudere constructies en bouwmuren is daarmee sprake van een nagenoeg vernieuwd interieur.
Na het vertrek van de Christelijke Ambachtsschool naar een nieuw gebouw in 1964 werd het pand verkocht en sindsdien is de begane grond als winkelruimte in gebruik geweest. De huidige eigenaar wil hier een nieuwe bestemming in de vorm van woningen en een kleinere winkelruimte realiseren.